Opnieuw geïntroduceerd worden op de markt, maar wel flink anders dan je gewend was: al verschillende automodellen is het overkomen. Lieten we je eerder al onverwachte incarnaties van de Fiat Tipo en Renault Espace zien, nu is het tijd voor Mitsubishi, Seat en Jaguar.
Iets minder Space, Star
In 1998 kwam Mitsubishi in de markt van de compacte MPV kijken. De Japanners waren er vroeg bij: hun
Space Star mocht het opnemen tegen de Renault Mégane Scenic nog (ver) voor de
Opel Zafira en Volkswagen Touran werden uitgevonden. Het leuke van de eerste Space Star: hij werd gebouwd in ons eigenste Born, naast de Volvo's S- en V40. Ook deelde hij nog een tijdje de productielocatie met de
Smart Forfour: die kwam vanaf 2004 op de markt en flopte zo ernstig dat Smart in 2006 de stekker uit het project trok. Tot precies dat jaar bleef ook de 'Mits' in productie.
Anno 2016 is er ook weer een Space Star op de markt. Het drie jaar geleden geïntroduceerde modelletje is echter totaal geen partij voor de huidige Scenic of Touran: het is een compacte stadsauto geworden. Qua prijsstelling (vanaf 10.490 euro) doet ie nog het meeste denken aan een Seat Mii (en concernbroertjes Volkswagen Up en Skoda Citigo) of een
Citroën C1 (en de Peugeot 108 en Toyota Aygo).
Even relativeren: zo’n 50% van de Nederlanders ziet hier twee exact dezelfde auto’s.
Todo Toledo!
Het Spaanse merk in de VW-groep kwam kort na de inlijving door de Duitsers op de markt met een geslaagd gelijnde middenklasser: de
Seat Toledo. Ken je hem nog? De eerste Toledo deed het best goed in Nederland: in topjaar ’92 verkocht Seat er bijna even veel als Ford de Scorpio verkocht. Hij was zelfs populairder dan de toenmalige Golf-met-kont: de
VW Vento. De opvolger deed zaken in dezelfde klasse en was nieuw leverbaar tussen 1999 en 2004. Oei. En toen was daar de derde generatie. Hoe kwamen ze er toch op? Het merk plakte een kontje op de geslaagd vormgegeven
Altea. En dat was een MPV. Resultaat: een soort sedanbusje. Het klopte gewoon niet en dat zag je ook terug in de verkoopcijfers. Zelfs de Peugeot 1007 (met die schuifdeuren) verkocht beter. En nu is er (gelukkig) weer een Toledo die gewoon doet denken aan het originele recept. Het is een betaalbare middenklasser (vanaf 17.150 euro) die zijn techniek deelt met de
Skoda Rapid.
Dit is een Seat Toledo van de eerste generatie.
Dit is een Seat Altea met een extra stukje kofferbak. Dit is… toch ook een Seat Toledo.
“The XJ has changed, sir”
Als er een merk is dat in de afgelopen jaren een gedaantewisseling heeft ondergaan is het
Jaguar wel. Stonden de Britse modellen een decennium geleden nog als klassiek en elegant te boek, nu draait het toch meer om sportiviteit en luxe. Het nieuwste modellengamma is in veel opzichten behoorlijk geslaagd. Zeker als je bijvoorbeeld de huidige
Jaguar XF naast een
S-type zet. De nieuwe oogt vlotter, meer in balans en gewoon lekker. Daaronder in het gamma is er de nieuwste
XE. Die doet gelukkig de X-type (te herkennen aan de dieselnagel, plastic doppen en mislukt stationmodel) vergeten. En tja: de allernieuwste F-type coupé en convertible: wie wordt daar nou niet hebberig van? De
Jaguar XJ is ook helemaal anders geworden. Decennialang was het een langgerekte, katachtige automobiel (dat woord: automobiel) met zijn statige ontwerp en een interieur dat je nog het meeste doet denken aan een luxe whiskybar. De nieuwe past beter bij het Jaguar van nu (modern, snel, stoerder), maar of dit model ook de oude kopersgroep nog aanspreekt? Ik durf het me in elk geval af te vragen…
Wat voor persoon visualiseer je hiernaast?
… Dat is vast een ander figuur dan je bij dit beest voor je ziet, nietwaar?