Nieuwe Toyota ‘Supra’ past naadloos in traditie Japanse sportauto’s

Bijna zeventien jaar nadat de laatste generatie uit productie is gegaan, is Toyota bezig met de opvolger van de Supra (nog niet vast staat of die opvolger ook die naam zal dragen). Recent opgenomen beelden van een nog gecamoufleerd exemplaar – dat vanuit het testcentrum van BMW M de openbare weg opdraait en even later ook weer terugkeert – tonen de contouren van wat de Japanners voor ons in petto hebben. Maar misschien nog wel belangrijker: we krijgen een indicatie hoe hij klinkt. Luister maar: Klinkt een beetje vreemd nietwaar? Wat we waarschijnlijk horen is een zescilinder (met of zonder turbo) in combinatie met een paar grote batterijen. De geruchten gaan dat dit (in grote lijnen) dezelfde aanjager is die ook in de nieuw te ontwikkelen BMW Z5 komt te liggen (de Z4 zou daarmee met pensioen worden gestuurd). En ook wat betreft de vormgeving doet de Toyota denken aan de lijnen van de Z4, al is het onterecht daar een waardeoordeel aan te verbinden: de nieuwe Supra past naadloos in de traditie van iconische Japanse sportauto’s.

Vooringenomen

Hoe dan ook is de opvolger van de Supra een auto waar ik naar uitkijk. En dat is ook wel eens anders geweest. Ik heb nooit wat gehad met auto’s uit het land van de rijzende zon. In de wereld waarin ik opgroeide kwamen auto’s uit Europa. Punt. Amerikaanse auto’s waren voor Amerikanen: overdadig, zwaar en onelegant; Japanse auto’s waren voor mensen die ‘betrouwbaarheid’ de belangrijkste eigenschap voor een auto vinden. ‘Ga dan met de trein,’ zou ik ze vroeger hebben geantwoord. Nee, mijn wereldbeeld was dat van de arrogante Europeaan die ervan overtuigd is dat alle automotieve kunst z’n oorsprong heeft in de oude wereld, tussen Trollhättan (Saab) en Maranello (Ferrari). Maar de laatste jaren heb ik de autogeschiedenis van andere continenten beter leren kennen. Ik kwam erachter dat de Amerikanen in de jaren twintig van de vorige eeuw al raceauto's produceerden waar Europese autofabrikanten als Bugatti zich door lieten inspireren. En ja, Ford heeft veel lelijke auto's gebouwd, maar het bedrijf is ook verantwoordelijk voor de GT40, een bloedmooie racer die vanaf 1966 vier jaar op rij de 24 uur van Le Mans wist te winnen.

2000GT

En ook aan de andere kant van de Grote Oceaan was 1966 een belangrijk jaar; met de 2000GT zorgde Toyota voor een ommekeer in de tot dan toe als saai bekendstaande automobielindustrie van Japan. Op Marktplaats kom je die overigens niet tegen: tot 1970 werden er niet meer dan 351 geproduceerd en voor een exemplaar worden op dit moment bedragen boven de miljoen euro betaald.

Nissans Datsun 240Z

Een auto die je juist steeds meer op Marktplaats tegenkomt, is die andere klassieker die eind jaren 60 opzien baarde: de Datsun 240Z. Geïnspireerd op de vormgeving van de Ferrari Daytona en de 2000GT werden van de 240Z ruim 160.000 exemplaren over de oceaan gevaren; in Amerika heeft het aanbod de vraag nooit kunnen inhalen. ------